De Indringer – Joost Heyink

 

1. 1.       Zakelijke gegevens
2. De titel van het boek is ‘De Indringer’.
3.  De auteur is Joost Heyink.
4.  De uitgever is Van Holkema & Warendorf. Het boek is uitgegeven in 2005. Er zitten 160 bladzijden in het boek.

 

1. 2.       Samenvatting van het boek

Het verhaal gaat over een jongen van 16 jaar, Floris, hij woont samen met zijn moeder. Zijn vader is twee jaar geleden overleden. Zijn moeder heeft een afspraak met een man, Wout van Gelder. Floris moet er ook bij zijn maar heeft helemaal geen zin. Hij wil geen nieuwe vader, niemand kan zijn vaders plaats innemen. Om zijn woede uit zijn lichaam te krijgen gaat hij altijd naar de sportschool. Daar ontmoet hij een meisje, Sanne, met wie hij veel praat over zijn gebeurtenissen. Maar er is meer tussen Floris en Sanne. Ze spreken vaak af in het café ‘De Waffel’ en Sanne gaat zelfs met Floris mee naar huis.

Wout en de moeder van Floris, Roos van Zuilen, gaan samenwonen. Floris gaat nu vaker naar de sportschool, want hij vertrouwt Wout niet. Wout zegt dat hij arts is en nu een rust heeft, maar Floris heeft op internet gekeken naar artsen en daar stond Wout niet bij. En zo zijn er meer dingen die Wout beweert, maar Floris niet gelooft. En als Floris er iets over vraagt heeft Wout overal een goede verklaring voor.

Floris gaat op zoek naar bewijzen, en vindt in de tas van Wout een paspoort met een andere naam. Die naam is Wouter Obdam. Maar ook daar heeft hij een verklaring voor, die zijn moeder gelooft. Maar Floris blijft zoeken. Hij maakt stiekem een foto van Wout, en vergroot de foto. Hij gaat naar een huis waar Wout vroeger heeft gewoond, hij huurde daar een kamer. Floris ontmoet daar een vrouw, mevrouw Helder, ze herkent de man op de foto.

Dan ontdekt Floris iets verschrikkelijks. Hij is de was aan het ophangen en komt een versleten zakdoek tegen die hij niet kent, die moest van Wout zijn. In een hoek zat een stukje stof genaaid met een naam erop, hij bekeek de naam met een vergrootglas. Er stond op ‘Bettenberg 02’. Floris zocht het op internet op, en kwam uit bij ‘Bettenbergkliniek, Westerschans’. Er stond wat informatie bij over de kliniek, en het bleek een kliniek voor psychisch gestoorde criminelen. Ook stond er een krantenbericht op de site over een 41-jarige Jack B. uit Oostmeer die is ontsnapt uit de Bettenbergkliniek. Floris ging direct de volgende morgen op de fiets naar Oostmeer, met de foto’s van Wout in zijn zak. Hij vroeg aan een paar mensen maar die zeiden dat ze geen Jack B. kenden en toen ze de foto zagen werden ze een beetje agressief. Uiteindelijk was er een man, de koster, die hem binnen roep en Jack B. wel kende. Hij beweert dat Jack B. een duivel is, hij had een gezin met 2 kinderen en het ging niet goed met de band tussen man en vrouw. De vrouw rende een keer het huis uit en kwam bij de koster binnenrennen met blauwe plekken en bloed bij het oor. Maar toch wilde ze terug, dat had ze niet moeten doen want midden in de nacht heeft Jack B. het huis aangestoken met benzine en is gevlucht. De vrouw en de kinderen konden nog maar net gered worden, ze waren zwaar gewond. Jack B. is opgepakt en voor gek verklaard en opgesloten. Maar ontsnapt. Een paar jaar daarvoor is hij al veroordeeld wegens verkrachting.

Floris had na het verhaal op de terugweg naar huis pas echt door dat Wout gevaarlijk is. En nu zat die gek met zijn moeder in een zomerhuis. Floris had de politie gebeld maar die zouden er over twee dagen pas wat aan doen, dus bedacht Floris ik moet erheen. Floris is onderweg naar het zomerhuis en heeft er helemaal geen zin in, maar denkt aan zijn moeder die daar met een schurk in huis zit! Als Floris bij het huisje aankomt, ziet hij zijn moeder alleen in de kamer zitten. Hij vertelt haar alles wat hij heeft ontdekt over Wout. Maar opeens staat Wout achter hem met een bijl in zijn hand! Floris en zijn moeder proberen te vluchten en rennen naar het moeras. Maar Wout rent ze achterna, en vindt ze. Nu denken Floris en zijn moeder dat ze er zijn geweest, dat dit het einde is. Wout omhelsde Roos, de moeder van Floris, en trok haar mee het moeras in. Floris wist wat hij moest doen. Hij trok en trok, zo hard hij kon.. En trok Roos en Wout uit het moeras. Nu trok Wout Floris mee in het moeras maar Floris kon zich nog net goed vasthouden en trapte met zijn ene voet, Wout liet Floris los en verdween in het moeras.

Uiteindelijk is alles toch nog goed gekomen!  Floris en zijn moeder zijn weer gelukkig samen, Wout is niet meer op aarde en Floris en Sanne hebben verkering!!

 

1. 3.       Over de auteur

 

Joost Heyink is geboren in 1946 in Scheveningen. En is een Nederlandse schrijver.

Hij studeerde psychologie in Groningen en had verschillende baantjes. In 1983 werd hij als wetenschappelijk medewerker aangenomen bij de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij dertien jaar werkte. In 1993 promoveerde hij in de geneeskunde.

Joost Heyink begon met schrijven in 2000 met zijn jeugdboek De Kwetsplek.Daarna volgden nog tien jeugdboeken, uitgegeven door Van Holkema & Warendorf.

 4.       Over het boek

1. Op de voorkant van het boek staan een jongen en een meisje, ook staan er 3 tandenborstels op. Floris is de jongen en Sanne is het meisje. De tandenborstels staan er omdat Wout bij Floris en zijn moeder intrekt. Ze hadden altijd maar twee tandenborstels in de badkamer staan en toen stond die van Wout er opeens ook bij.
2. Het boek is opgedragen voor Joep, dat is zijn zoon.
3. Het verhaal speelt zich af op veel verschillende plaatsen:

-          Op een gehuurde kamer, dat komt later terug in het verhaal. Dan gaat Floris naar een mevrouw Helder die de kamer heeft verhuurd aan Wout van Gelder, en stelt wat vragen aan haar over die Wout van Gelder.

-          Bij de sportschool, daar gaat Floris vaak heen om zijn woede uit zijn lichaam te krijgen en daar ontmoet hij een heel leuk meisje. Sanne is dat meisje.

-          Thuis, het huis van Roos van Zuilen en Floris van Zuilen. Daar speelt het zich het meest af, en daar komt Wout bij in huis wonen.

-          Het café ‘De Waffel’, daar spreken Floris en Sanne vaak af om bij te kletsen over de dingen die thuis gebeuren. Ook praten ze over Wout.

-          In het park, daar hebben Floris en Sanne ook wel eens afgesproken.

-          Bij mevrouw Helder, daar stelt Floris wat vragen over Wout van Gelder die daar eerder een kamer heeft gehuurd voor een paar maanden.

-          Café ‘De Knar’, daar hebben Floris en Sanne wel een afgesproken.

-          In Oostmeer, dat is het dorp waar alle mensen wel van Wout gehoord hebben want daar heeft Wout gewoond en zijn er verschrikkelijke dingen gebeurd. Ook daar heeft Floris dingen gevraagd over Wout.

-          En in het zomerhuisje, daar speelt het einde af. Daar zijn Roos en Wout een paar dagen op vakantie en komt Floris op onverwachts bezoek. Ook daar is Wout dichtbij in het moeras verdronken.

4. Het boek is geschreven vanuit het perspectief van Floris van Zuilen. De gevoelens van Floris worden beschreven en het gaat steeds over wat hij aan het doen is en niet over wat anderen doen.

5. Het verhaal heeft een gesloten einde, alle vragen tijdens het verhaal zijn opgelost.

5.       Leeservaringen

• Spreekt het onderwerp van het verhaal je aan of niet? Hoe komt dat?

Ja, het kan waargebeurd zijn en die verhalen vindt ik altijd leuk om te lezen.

• Heeft het verhaal je nieuwe kanten van het onderwerp laten zien?

Ja, eigenlijk wel. Hoe het is om te leven zonder vader.

• Is het uitgekomen wat je van tevoren van het verhaal verwachtte?

Nee, het bleef spannend tot het einde.

• Ben je door het lezen of bekijken van het verhaal anders over het onderwerp gaan denken?

Ja, ik begrijp nu hoe het is om te leven zonder vader.

• Is het onderwerp verrassend uitgewerkt of behoorlijk voorspelbaar?

Soms was het heel verrassend maar het was ook best wel voorspelbaar.

• Bevat het verhaal genoeg gebeurtenissen om je te blijven boeien?

Ja, er zaten veel gebeurtenissen in het verhaal. Ik heb het boek in één keer uitgelezen, omdat er zoveel gebeurtenissen in zaten en door de spanning.

• Zit er genoeg tempo in het verhaal of valt het af en toe stil?

       Er zit genoeg tempo in het verhaal, het bleef van begin tot einde spannend.

• Zijn de gebeurtenissen geloofwaardig en waarschijnlijk?

Het was heel geloofwaardig, het verhaal had echt kunnen zijn gebeurd.

• Zijn de gebeurtenissen herkenbaar?

Nee, want ik heb allebei mijn ouders nog en dus ook geen stiefvader die het gezin bedriegt.

• Heb je zelf wel eens iets meegemaakt wat lijkt op de gebeurtenissen in het verhaal? Gaat het daardoor meer voor je leven, krijgt het daardoor meer betekenis of juist niet?

Nee, ik heb nooit zoiets meegemaakt als in het boek. Maar daardoor blijft het juist boeien omdat je zelf wel wil weten hoe het dan is.

• Kun je je goed verplaatsen in de problemen en gedachtewereld van de verhaalpersonen?

Ja, de hoofdpersoon had meerdere problemen en probeerde ze allemaal op te lossen. Ook waren en andere personen die problemen hadden, en ze probeerden op te lossen. Niet iedereen lukte dat.

• Heeft één van de verhaalpersonen je beïnvloed? Zo ja, in welk opzicht?

Ja, de hoofdpersoon heeft me wel beïnvloed. Hij bleef uitzoeken wat Wout verschuilde voor hun. Ik vindt het wel dapper wat hij allemaal heeft gedaan.

• Heeft het gedrag, een uitspraak of een gedachte van een van de personages je aan het denken gezet?

Ja, het gedrag van Floris heeft me aan het denken gezet. Hij bleef maar doorzoeken, hij had het ook kunnen laten bij wat het was.

• Kom je genoeg van de personages te weten om hun gedrag te kunnen begrijpen?

       Ja, je komt veel over het gedrag van de personages te weten. Ook de gevoelens.

• Moet je zelf veel invullen over het innerlijk van de personages? Begrijp je ze goed of juist niet? Waar ligt dat volgens jou aan?

Nee, je hoeft zelf nauwelijks wat in te vullen over het innerlijk van de personages. Je begrijpt ze goed. Dat komt denk  ik omdat de schrijver de gevoelens van de personages zo duidelijk beschrijft.

• Welke beslissingen die door de personages worden genomen, vind jij vreemd of onbegrijpelijk?

Ik vind alle beslissingen van de personages wel normaal en logisch.

• Vindt je dat de gebeurtenissen logisch op elkaar volgen?

Ja, de gebeurtenissen volgen logisch achter elkaar.

• Is het verhaal spannend opgebouwd? Wat maakt het wel of niet spannend?

Het verhaal is vanaf het begin tot het einde spannend. Er zitten veel spannende gebeurtenissen in.

• Bevat het verhaal tijdsprongen en terugblikken die het verhaal interessanter of juist onnodig ingewikkeld maken?

Nee, er zitten nauwelijks tijdsprongen en terugblikken in het verhaal.

• Heeft het verhaal een slot dat goed past bij de beschreven gebeurtenissen? Vind je dit een plezierig slot? Hoe komt dat?

Het slot heeft past goed bij de gebeurtenissen, het is een goed einde. De criminele man, die bij hun in huis kwam wonen was heel gevaarlijk. En hij gaat dood op het einde. Het is dus een goed einde maar het had natuurlijk plezieriger gekund.

• Vind je het verhaal lastig of makkelijk om te lezen? Heeft het taalgebruik hier mee te maken?

Het was goed taalgebruik. Daardoor las ik aan één stuk door, het was niet te moeilijk en ook niet te makkelijk.

• Zijn de zinnen goed te lezen en bevat het verhaal weinig moeilijke woorden of juist niet?

Er zitten geen moeilijke zinnen of woorden in die ik niet begreep. De zinnen zijn duidelijk.

• Zitten er veel dialogen in het verhaal? Vindt je dat plezierig of juist niet?

Ik ben niet veel dialogen tegen gekomen, het maakt mij niet uit of die er nu wel of niet in zitten.

 

1. 6.       Verwerkingsopdracht

 

Bedenk vier andere titels voor het verhaal en bespreek uitvoerig waarom die titels ook goed zouden passen. Geef bij deze bespreking voorbeelden uit het verhaal.

 

1. Geheimen

Wout van Gelder, de vriend van Floris’ moeder, verschuilt dingen. Hij is geen arts, hij heeft een andere naam, hij heeft in een inrichting gezeten. Hij heeft gewoon een heel ander verleden dan wat hij vertelt. Hij bewaart geheimen, waar Floris onder het verhaal achter komt.

 

1. Wat is de waarheid?

Floris is op zoek naar de waarheid van Wout van Gelder. Wout vertelt zijn verleden, maar dat blijkt een nep verleden te zijn. Hij liegt over meer dingen, en Floris’ moeder gelooft zijn leugens. Maar Floris niet, Floris gaat op zoek naar het ware verleden van Wout van Gelder.

 

1. Gestoord??!

Floris doet de ontdekking dat Wout vroeger in een inrichting heeft gezeten voor psychisch gestoorde criminelen. Maar Wout is ontsnapt uit de kliniek.. Is wout een psychisch gestoorde crimineel, of niet?? Dat is de belangrijkste vraag van Floris. En daar probeert hij in het verhaal achter te komen.

 

1. Jack B.

Wout van Gelder, zo noemt hij zich. Maar zo heet hij helemaal niet, en op zijn paspoort staat Wouter Obdam. Ene mevrouw Helder zegt dat hij zich meneer van der Valk noemde. Hij gebruikt allemaal schuilnamen maar heet Jack B. hij is een psychisch gestoorde crimineel.